Zoeken in deze blog

zondag 31 maart 2019

#333: The Walker Brothers - Everything Under The Sun (2006)

En opnieuw kwam de man met de zeis langs! Deze keer voor Scott Walker die afgelopen week op 76-jarige leeftijd overleed. De man met de mooie baritonstem werd halverwege de jaren zestig bekend als onderdeel van The Walker Brothers. De groep maakte onderdeel uit van de zogenaamde British Invasion, toen Britse groepen op grote schaal doorbraken in de Verenigde Staten (denk aan The Beatles, The Rolling StonesThe WhoThe Kinks, The Dave Clark Five, Herman's HermitsThe ZombiesThe Hollies en The Animals).

Alleen waren The Walker Brothers niet Brits, waren het geen broers en heetten ze geen van allen 'Walker'. Scott Engel, John Maus en Gary Leeds kwamen uit Californië en waren in 1965 naar Engeland vertrokken in een poging om het daar te gaan maken. Dat lukte wonderwel, want al in april 1986 hadden ze met hun tweede single Love Her een top 20 hit te pakken. Dit was ook het eerste nummer waarop Scott, en niet John, de lead vocals voor zijn rekening nam en dat zou voortaan zo blijven. Voor hun derde single coverden ze een nummer van het befaamde songschrijversduo Burt Bacharach en Hal David: Make It Easy On Yourself. Het werd een nummer 1 hit. 

De stijl paste als gegoten en The Walker Brothers zouden bekend worden met orchestrale ballads, geïnspireerd door The Righteous Brothers, Tony Bennett en Frank Sinatra, maar ook Jacques Brel zoals Scott zou aantonen met zijn solo-versie van Jackie.

Van 1965 tot 1967 waren The Walker Brothers met name in Engeland ware pop-idolen. Ze scoorden hits met The Sun Ain't Gonna Shine Anymore, (Baby) You Don't Have To Tell Me, Another Tear Falls, Deadlier Than The Male, Stay With Me Baby en Walking In The Rain. De hectische ontwikkelingen in de popmuziek in 1967 betekenden het einde van de The Walker Brothers. Hun stijl was ineens passé.

Scott bouwde daarna met name in de UK succesvolle solo-carrière op en maakte een viertal zeer hoog gewaardeerde albums (Scott, Scott 2, Scott 3Scott 4). Toen het ook solo minder ging kwam er een reünie van The Walker Brothers en werd in 1975 een nieuw album uitgebracht. Het titelnummer No Regrets werd een flinke hit, maar het bleek slechts een kleine opleving. Toch bleef The Walker Brothers een grote naam in de popmuziek.

Bovenstaande nummers en al hun andere werk werd verzameld op de 5CD-box Everything Under The Sun (The Complete Recordings) die zeer de moeite waard. Ook aanbevolen is het verzamelde vroege solowerk van Scott Walker, 5 Classic Albums


© 2019 TTZL


Wikipedia EN: The Walker Brothers
Wikipedia NL: The Walker Brothers

YouTube: Love Her

YouTube: Make It Easy On Yourself
YouTube: Jackie [Scott Walker]
YouTube: The Sun Ain't Gonna Shine Anymore [clip]
YouTube: (Baby) You Don't Have To Tell Me
YouTube: Another Tear Falls
YouTube: Deadlier Than The Male
YouTube: Stay With Me Baby
YouTube: Walking In The Rain
YouTube: No Regrets

zondag 24 maart 2019

#332: Dick Dale - Tribal Thunder (1993)

Deze week overleed Dick Dale, "The King Of The Surf Guitar", op 81-jarige leeftijd. Zijn bijnaam verdiende hij als uitvinder van het karakteristieke geluid van de surfmuziek in 1961. De invloeden van muziek uit het Midden-Oosten zijn waarschijnlijk terug te voeren op de Libanese wortels van de familie aan zijn vaders kant.

Ook zijn manier van spelen is fameus, omdat hij zijn snaren andersom gespannen had: van hoog naar laag. Dit kwam doordat hij als linkshandige op een (omgedraaide) rechtshandige gitaar was begonnen te spelen. Toen hij later op een linkshandige gitaar ging spelen behield hij de volgorde van de snaren.

Dale organiseerde begin jaren zestig dansavonden voor surfers in een lokale ijssalon en trad daar ook op. Toen de aanloop teveel werd voor de ijssalon huurde hij de Rendezvous Ballroom in Balboa (Californië) af met een capaciteit van 3000 mensen. Die avonden werden een groot succes en tijdens zijn optredens ontstond ook zijn unieke geluid.

In 1961 bracht hij Let's Go Trippin' uit als Dick Dale & His Del-Tones en dat wordt beschouwd als het eerste echte surfnummer. Nummers als Jungle Fever en Surf Beat vestigden zijn reputatie, maar zijn echte 'signature tune' werd Miserlou

Dick Dale werkte ook nauw samen met gitarenbouwer Leo Fender en testte regelmatig nieuwe apparatuur, zowel gitaren als versterkers en luidsprekers. Hij speelde veel luider dan gebruikelijk was in die tijd en dat leverde hem ook de bijnaam "Father of Heavy Metal" op. 

De populariteit van de surfmuziek was maar tijdelijk. De invasie van Britse groepen midden jaren zestig maakte er een einde aan, hoewel Dick Dale bleef optreden. Gedwongen door ziekte trok hij zich voor lange tijd terug uit de muziek, maar in 1993 maakte hij een glorieuze comeback met het album Tribal Thunder

Het album opent met Nitro en dat nummer geeft alles wat de titel belooft. Na The New Victor, Esperanza en Shredded Heat volgt een tweede hoogtepunt van het album: Trail Of Tears. Na een geweldig drumintro volgt een heerlijk rustpuntje op het album waarmee Dale laat horen dat hij ook geweldig kan spelen als het niet op topsnelheid gaat.

Na de Duke Ellington-klassieker Caravan volgen The Eliminator, het melancholieke Speardance en het tweeluik Hot Links: Caterpillar Crawl/Rumble. En echt, er zit geen zwak nummer tussen. Na het ritmisch gedreven The Long Ride volgt weer een hoogtepunt met het titelnummer Tribal Thunder. Het nummer is net zo'n herkenbaar nummer als Miserlou, dat in een akoestische versie op het album staat als verborgen bonustrack.

In 1994 gebruikte Quentin Tarantino het nummer Miserlou in zijn film Pulp Fiction en dat gaf Dick Dale een heel nieuw publiek en hernieuwde populariteit. Daardoor kon hij blijven optreden en de kosten voor zijn vele medische problemen blijven betalen. Uiteindelijk werden hart- en nierproblemen hem fataal.


© 2019 TTZL



Officiële website: Dick Dale
Wikipedia EN: Dick Dale
Wikipedia NL: Dick Dale

YouTube: Nitro
YouTube: The New Victor
YouTube: Esperanza
YouTube: Shredded Heat
YouTube: Trail Of Tears
YouTube: Caravan
YouTube: The Eliminator
YouTube: Speardance
YouTube: Hot Links: Caterpillar Crawl/Rumble
YouTube: The Long RideYouTube: Tribal Thunder
YouTube: Miserlou (acoustic)

YouTube: Let's Go Trippin' [1961]
YouTube: Jungle Fever [1961]
YouTube: Surf Beat [1962]
YouTube: Miserlou [1962]

zondag 17 maart 2019

#331: BZN - Goodbye Sue (1975)

Eind jaren zeventig begon ik als bijna-tiener met het kopen van plaatjes. Veel daarvan zijn singles die de Top 40 en TopPop haalden en daarbij zijn ook twee singles van BZN. Het gaat hier wel om de 'vroege BZN' uit de tijd dat ze leuke muziek maakten en niet erg succesvol waren. Later draaiden die twee dingen radicaal om.  

BZN haalde wel de Top 40 in het begin van hun carrière, maar kwamen haalden nooit de top vijftien. Zo waren er eind jaren zestig Waiting For You en Everyday I Have To Cry. Twee nummers die nadrukkelijk leentjebuur spelen bij Britse voorbeelden.

Daarna ging de muzikale stijl in de vroege jaren zeventig meer richting rock in nummers als Bad Bad WomanRolling Around The Band en Sweet Silver Annie. Wederom hoor je de inspiratie van Britse en Amerikaanse bands duidelijk terug. Na een bewerking van een klassiek thema uit Gioachino Rossini's Il barbiere di Siviglia in Barber's Rock stort BZN zich op de midden jaren zeventig populaire glam rock. 

Dit is het moment dat ik aanhaak als negenjarige. Love Me Like A Lion wordt slechts een kleine hit (nr. 23 in de Top 40 in 1974), maar het nummer spreekt me aan. Het heeft een pakkend gitaar-intro en de stem van Jan Keizer is gedrenkt in echo wat een leuk effect geeft. De outro is lang en goed gedaan en ook nu nog vind ik het een leuk nummer.

In 1975 volgt Goodbye Sue en dat begint met een heerlijke bas-riff die het hele nummer prominent aanwezig blijft. Een opvallende gitaarpartij, prima zang en lekkere breaks doen de rest. Gewoon een prima nummer dat ik nog graag mag draaien, maar ook dit kwam de top twintig niet binnen.

Na een geflopte single (Djadja) werd het roer omgegooid, kwam Anny Schilder erbij, werd de muzikale koers drastisch gewijzigd met als resultaat de nummer één hit Mon Amour waarna ik geen seconde meer vrijwillig naar BZN heb geluisterd. Gelukkig hebben we de pre-Mon Amour opnamen nog...

© 2019 TTZL



Officiële website: BZN
Wikipedia EN: BZN
Wikipedia NL: BZN

YouTube: Goodbye Sue 

YouTube: Waiting For You [1968]
YouTube: Everyday I Have To Cry [1969]
YouTube: Bad Bad Woman [1971]
YouTube: Rolling Around The Band [1973]
YouTube: Sweet Silver Annie [1973]
YouTube: Barber's Rock [1974]
YouTube: Love Me Like A Lion [1974]
YouTube: Mon Amour [1976]

zondag 10 maart 2019

#330: Johan Timman - Trip Into The Body (1981)

Synthesizermuziek heeft ook in Nederland een grote en trouwe schare fans. Artiesten als Kraftwerk, Tangerine Dream, Klaus Schulze en Jean Michel Jarre zijn ook in ons land populair. Desondanks zijn er weinig Nederlandse artiesten die bekend zijn geworden met dit genre. 

Natuurlijk, we hebben Nova gehad met de nummer één hit Aurora en ook Peru (waar dezelfde mensen achter zitten) werd redelijk bekend. Ook Ad Visser, Future World Orchestra en recenter Ron BootsGert Emmens, Bas Broekhuis en Phrozenlight zijn Nederlandse artiesten die met hun muziek de liefhebbers hebben bereikt.

Toch is er één Nederlandse plaat die er wat mij betreft bovenuit steekt en dat is Trip Into The Body van Johan Timman uit 1981. Timman speelt in de jaren zestig en zeventig in bands als The John Breughel Four,  Soft PillowThink Tank en Innerminit. Hij werkte ook als sessiemuzikant en werd in 1981 door Fleet Music in de gelegenheid gesteld om een solo-album op te nemen. 

Vrij snel na het uitkomen van het album hoorde ik het bij een vriend van me en was er geen twijfel, dat album moest ik ook hebben! Ik heb de LP gekocht en grijs gedraaid. Ook na bijna veertig jaar klinken nummers als Trip Into The BodyThe Blood (The March Of The White And The Red Corpuscles)The White Blood Cells And The AntiBodies (Look Out For The Killer), The Hemoglobine en Inside The Tympanic Cavity nog steeds geweldig. Het zijn rijk gearrangeerde nummers met een mooie opbouw en ze zijn voldoende avonturrlijk om het spannend te houden.

The Brain en The Heart zijn lichtvoetiger en hebben melodieën die meer richting pop gaan. Hetzelfde geldt voor The Lungs, dat vooraf gegaan wordt door het prachtige The Windpipe, en afsluiter Hearing (Ocean Of Sound)

Er is één element van het album dat wel wat gedateerd aandoet en dat is het veelvuldige gebruik van de vocoder. Op veel tracks wordt dit gelukkig spaarzaam ingezet, alleen in de afsluiter Hearing (Ocean Of Sound) is er iets te veel gebruik van gemaakt naar mijn smaak. Dat neemt echter niet weg dat ik het album nog steeds en regelmatig met veel plezier beluister. Gelukkig is het album nog steeds verkrijgbaar, sinds 2006 in een geremasterde versie met een bonustrack.

Er is al jaren sprake van een nieuw album van Johan Timman ('The Cerebral Symphony'). Hij schreef hier zelf over in een reactie op een blog in 2005 en en in 2009 en 2013 op Twitter. Hopelijk komt het er ooit nog van.

zondag 3 maart 2019

#329: Talk Talk - Spirit Of Eden (1988)

Na het nieuws van deze week dat Mark Hollis (zanger, gitarist, pianist en songschrijver van Talk Talk) op 64-jarige leeftijd is overleden, bleek weer eens hoe groot de invloed van hem is op de popmuziek na 1988. Vele collega-muzikanten spraken waardering uit, zoals in dit artikel in The Guardian.

Talk Talk maakte slechts vijf albums, maar de ontwikkeling die de groep doormaakte in die negen jaar is ongeëvenaard. Op het album The Party's Over uit 1982 is Talk Talk nog synth-pop bandje en maakt het nummers als Talk Talk. De doorbraak komt met It's My Life uit 1984 waarop hits staan als It's My LifeSuch A Shame en Dum Dum Girl. Dit album is al een grote stap voorwaarts naar volwassener popmuziek, maar opvolger The Colour Of Spring (1986) laat horen dat het allemaal nog veel beter kan. Veel betere popmuziek dan Life's What You Make It en Living In Another World heeft er niet in de Top 40 gestaan.

Voor het eerst was Mark Hollissamen met producer Tim Friese-Green, verantwoordelijk voor alle tracks op het album. Wat ook hielp was dat het succes van het tweede album het financieel mogelijk maakte om de synthesizers op The Colour Of Spring grotendeels te vervangen door echte instrumenten. Dit zorgde voor een geluid dat heel goed paste bij met name de ingetogener nummers. Door het succes van het derde album kregen Hollis en Friese-Green volledige artistieke en financiële vrijheid van platenmaatschappij EMI. En dat hebben ze geweten!

Toen EMI voor het eerst Spirit Of Eden te horen kreeg, was de schok groot. Men vond de muziek niet commercieel genoeg en de mensen van de marketing-afdeling kregen een rolberoerte. Dit was niet te verkopen! EMI eiste dan ook aanpassingen aan het materiaal, maar Talk Talk gaf niet toe en Spirit Of Eden werd uitgebracht zoals bedoeld door de groep. De kritieken was erg verschillend. Sommige recensenten vonden het album pretentieus en bewust obscuur en begrepen niet waarom de groep niet gewoon een album met mooie popmuziek had gemaakt. 

Het oordeel van anderen was wel gelijk aan het oordeel dat in retrospect gemeen goed is geworden: een magistraal, pastoraal, episch meesterwerk dat de start is geweest van post-rock. De muziek van groepen Mogwai, Tortoise, Sigur Rós, Godspeed You! Black Emperor en Radiohead (hun latere periode) is rechtstreeks te herleiden naar Spirit Of Eden.

Kant A van het album is eigenlijk één lange suite: The RainbowEden en Desire. Verstilde klanken en scherpe uithalen wisselen elkaar af in lange, dromige songs. Het is pure luistermuziek waarin structuur vervangen is door stemming en atmosfeer en de spirituele teksten van Hollis perfect passen. Ambient-, jazz- en (klassieke) avant garde invloeden gaan hier een huwelijk aan dat soms harmonieus is en soms (aangenaam) schuurt. Dit is ver verwijderd van popmuziek en het is niet voor te stellen dat dit dezelfde groep is als van de eerste drie albums. 

Toch waren er op The Colour Of Spring al aanwijzingen voor de koerswijziging op Spirit Of Eden. Nummers als Chameleon Day en April 5th zijn een soort voorstudies van de nummers op kant B: Inheritance, I Believe In You en Wealth die de sfeer en grandeur van kant A overigens perfect vasthouden. Over dit album moet eigenlijk niet spreken of schrijven, dit album moet je ondergaan.

Door middel van een rechtszaak wist Talk Talk verlenging van hun contract bij EMI te voorkomen en bij een ander label brachten ze in 1991 nog één album uit: Laughing Stock. Het is een met Spirit Of Eden vergelijkbaar meesterwerk, net als het sublieme, enige en titelloze solo-album van Mark Hollis uit 1998. Hierna was Hollis nog slechts incidenteel te horen als pianist op albums van anderen. Soms onder een pseudoniem, soms bewust onvermeld. 

© 2019 TTZL



Facebook (fan): Talk Talk & Mark Hollis
Wikipedia EN: Talk Talk
Wikipedia NL: Talk Talk

YouTube: The Rainbow
YouTube: Eden
YouTube: Desire
YouTube: Inheritance
YouTube: I Believe In You
YouTube: Wealth

YouTube: Talk Talk [The Party's Over, 1982]
YouTube: It's My Life [It's My Life, 1984]
YouTube: Such A Shame [It's My Life, 1984]
YouTube: Dum Dum Girl [It's My Life, 1984]
YouTube: Life's What You Make It [The Colour Of Spring, 1986]
YouTube: Living In Another World [The Colour Of Spring, 1986]
YouTube: Chameleon Day [The Colour Of Spring, 1986]
YouTube: April 5th [The Colour Of Spring, 1986]