Watts was de coole gast van de Stones. Altijd elegant en stijlvol en de perfecte, introverte tegenpool van de extraverte Jagger, Richards en Wood. Toch had ook Charlie in de jaren tachtig zijn problemen met alcohol en drugs en werd hij in 2004 getroffen door keelkanker. Maar bovenal was Watts een waanzinnig goede drummer die de rest van de Stones aan een touwtje had. Hij was degene waar de rest zich op richtten en dat volgens de methode 'less is more'. Hij gebruikte namelijk altijd een drumkit met maar vier trommels, vulde de gaten in de muziek niet met overbodige breaks en was geen fan van drumsolo's.
Om de grootsheid van Watts te onderkennen hoeven we alleen maar goed te luisteren naar de muziek van de Stones. Neem nou (I Can't Get No) Satisfaction uit 1965. Dat nummer denk je natuurlijk heel goed te kennen, maar dan gaat het waarschijnlijk om de gitaarriff. Luister nog eens een keer naar het nummer en concentreer je dan op het strakke ritme, de subtiele tamboerijn en de breaks net na de één en twee minuten punten. Of luister naar Get Off Of My Cloud uit hetzelfde jaar waarin hetzelfde motief steeds in een andere maat geslagen wordt door Charlie.
Dezelfde soort wisselingen in maatsoort horen we ook in Paint it, Black en in Under My Thumb (beiden uit 1966) is mooi te horen hoe Watts met krachtige slagen het nummer start, maar zijn volume terugschroeft zodra Jagger's vocalen starten. In Gimme Shelter (van het geweldige Let It Bleed uit 1969) gebeurt dan weer het tegenovergestelde (hij wordt steeds luider naarmate het nummer vordert) en creëert zijn kale ritme een passende, donkere atmosfeer.
Can't You Hear Me Knocking uit 1971 laat horen hoeveel verschillende technieken en ritmes je in één nummer kunt gebruiken zonder dat het een rommeltje wordt. En in het Slim Harpo-eerbetoon Shake Your Hips (1972) gebruikt Watts niet eens drums om een heerlijk ritme neer zetten. Een houtblok (of zoiets) is voldoende!
Er zijn zoveel voorbeelden te geven van de klasse en veelzijdigheid van Watts, ik kan wel door blijven gaan. Neem nou het lekkere laid back drummen in Beast Of Burden (1978) of zijn schijnaar moeiteloze overschakeling naar een discoritme in Miss You (beide van Some Girls). Slave uit 1981 kent dan weer een lekker funky ritme met 'off-beat' accenten en in Sad Sad Sad (1989) zet Watts een ritme neer waar een stoommachine jaloers op zou worden.
Maar er is ook een andere kant van Watts en dat is zijn grote voorliefde voor jazz. Die kon hij in The Rolling Stones maar weinig kwijt en daarom zijn de solo-escapades van Charlie daarop geconcentreerd. Zo maakt hij met From One Charlie in 1991 onder zijn eigen naam een mooi klein eerbetoon aan jazzgigant Charlie 'Yardbird/Bird' Parker (luister maar naar Relaxing At Camarillo bijvoorbeeld).
Het jaar daarop pakt hij het wat groter aan met The Charlie Watts Quintet op A Tribute To Charlie Parker With Strings (voorbeeld: Cool Blues). Hij speelt mee op vele jazz-albums van bevriende muzikanten en zit ook in diverse samenwerkingsverbanden. Op het uit 2017 stammende Charlie Watts Meets The Danish Radio Big Band album komen de twee stromingen mooi samen, want hierop staan onder andere ook een aantal bewerkingen van Stones-nummers, zoals (Satis)Faction en Paint It, Black.
Voor het gemak heb ik een YouTube Playlist en een Spotify Playlist gemaakt van de hierboven genoemde tracks (al waren de Charlie Parker-gerelateerde tracks helaas niet op Spotify voorhanden.
Charlie Watts, gone but not forgotten.
© 2021 TTZL
Geen opmerkingen:
Een reactie posten